Curaçaose kinderen volgens Ombudsman dupe van laksheid overheid om goede huisvesting te garanderen
WILLEMSTAD – Concrete stappen om huisvesting voor kinderen te garanderen blijven uit. Dat zegt de Ombudsman, die verantwoordelijk minister Charles Cooper hierop aanspreekt.
De Curaçaose Ombudsman heeft een herinneringsbrief gestuurd naar de minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning gestuurd, waarin hij meer voortvarendheid eist van de overheid om haar zorgplicht op het gebied van huisvesting te vervullen. Met name met het oog op de rechten van kinderen vraagt de Ombudsman om concrete stappen te ondernemen.
In een eerdere zorgbrief, gedateerd op 6 september 2022, had de Ombudsman Cooper geadviseerd om dringende maatregelen te nemen om fundamentele veranderingen aan te brengen in de wetgeving en het beleid met betrekking tot huisvesting.
Zorgplicht
De zorgplicht van de overheid om voldoende woongelegenheid te bevorderen, is vastgelegd in artikel 25, tweede lid, van de Curaçaose Staatsregeling en heeft ook een basis in het internationaal recht, zoals het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM).
De Ombudsman benadrukt dat de overheid zich met name moet inzetten voor burgers in kwetsbare posities. Wanneer burgers gedwongen worden om hun woning te verlaten, is het essentieel dat de overheid actief betrokken is en deze kwetsbare groep adequaat begeleidt op basis van de specifieke situatie.
Het is niet voldoende om automatisch te vertrouwen op de zelfredzaamheid van de burger. Dit geldt ook voor minderjarige kinderen, die per definitie tot de kwetsbare groep behoren, aldus de Ombudsman.
Toegang
Volgens artikel 27, eerste lid, van het Verdrag inzake de rechten van het kind (IVRK) heeft ieder kind recht op een levensstandaard die toereikend is voor zijn of haar lichamelijke, geestelijke, intellectuele, zedelijke en maatschappelijke ontwikkeling.
Toegang tot adequate huisvesting maakt deel uit van dit recht. Hoewel ouders primair verantwoordelijk zijn voor het welzijn van hun kinderen, is het de taak van de lidstaten, inclusief de Curaçaose overheid, om ervoor te zorgen dat de rechten en belangen van kinderen beschermd worden wanneer ouders deze verantwoordelijkheid niet of onvoldoende nemen.
Recente rechtspraak benadrukt dat een bestuursorgaan niet alleen voor voldoende huisvesting moet zorgen, maar ook rekening moet houden met de verplichting om de rechten en belangen van kinderen te beschermen bij beslissingen, zoals bij uithuisplaatsing. Kortom, het doel van een bestuursorgaan moet zijn om dakloosheid te voorkomen en ervoor te zorgen dat burgers een plek hebben om te wonen, indien zij hier zelf niet voor kunnen zorgen.