Nieuws Curaçao

De ‘Naakte Tula’ blijft voorlopig in ballingschap en komt niet naar Curaçao

De discussie over het naakte standbeeld van Tula van de Nederlandse kunstenares Toos Hagenaars heeft er in ieder geval toegeleid dat het beeld zelf nog in Groningen staat. Vandaag tijdens de nationale herdenking wordt-ie niet onthuld zoals sommigen dachten.

Het beeld werd in 1973 op Curaçao in klei gemaakt en drie jaar later in Nederland in brons gegoten. Sindsdien staat het in een loods in het Groningse Winschoten te wachten op zijn terugkeer. Vijftig jaar na dato zou de controverse over de naaktheid en de kleur van de kunstenares, na de excuses van premier Mark Rutte voor de rol van Nederland in de slavernij, geluwd zijn en kon het beeld door een stationsschip van de Koninklijke Marine naar Curaçao worden gebracht.

Maar niets is minder waar. Het Curaçaose ministerie van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport, dat handen en voeten moet geven aan het Herdenkingsjaar 2023/2024 stelde een werkdocument op met de enigszins verwarrende kop: Programma Herdenkingsjaar. Op 17 augustus, de Dag van de Vrijheidsstrijd, de dag in 1795 dat Tula de opstand begon en Curaçao sinds 2010 de slavernij herdenkt, staat gemeld: ‘naakte Tula’. Niets meer en niets minder.

Het werkdocument kwam in handen van oud-minister Renè Rosalia, de man die in 2010 minister werd op Onderwijs en Cultuur en toen gelijk een zuivering doorvoerde door straatnamen met verwijzing naar Nederlandse ‘helden’ te vervangen door Curaçaose ‘helden’.

Hij kondigde met zijn buitenparlementaire partij Kousa Promé een protest aan tegen de vermeende onthulling van het naakte beeld vandaag en mobiliseerde de publieke opinie via sociale media.

Met deze aankondiging liep Rosalia vooruit op de troepen. Er was volgens Gibi Basilio van het platform  Platform Slavernij en Erfernis van de Slavernij helemaal geen sprake van plaatsing, laat staan onthulling van het naakte Tula-beeld. “We moeten er alleen iets mee in het Herdenkingsjaar, daarom was het opgenomen in het werkdocument.

Klassenstrijd

Was in 1973 de klassenstrijd voor Rosalia nog doorslaggevend en ging het om de vraag of Toos Hagenaars de marxistische strijd wel steunde, nu neemt de oud-minister een andere positie in. “De vorm en uitstraling van het standbeeld voldoen volgens Kousa Promé niet aan de criteria die gelden voor een representatieve afbeelding van de heldhaftige figuur Tula.“ 

Rosalia voegt daaraan toe dat dit soort beelden gemaakt moeten worden door kunstenaars van eigen bodem, waarmee hij de afkomst van de witte Toos Hagenaars in de discussie brengt.

Ook Museo Tula, dat dankzij steun van de Nederlandse regering weer gerenoveerd is en dit jaar open gaat, publiceerde een persbericht, waarin het stelt dat het beeldhouwwerk racistisch en denigrerend is, zoals vaak gebeurd met zwarte mannen. 

“Kunst is nooit neutraal en dit beeldhouwwerk maakt de Curaçaose held belachelijk door zich te focussen op zijn geslachtsdeel. Kunst dient een doel, maar als het een volk, een genre of een etnische groep beledigt, is het volgens hen geen kunst meer.”

Sociale Media

De publieke verontwaardiging op sociale media is groot. Volgens velen lijkt het beeld voorbij te gaan aan het belangrijke feit dat in alle culturen van pre- en postkoloniaal West-Afrika naaktheid doorgaans wordt geassocieerd met promiscuïteit of een lagere sociale klasse.

“Het is essentieel om dit culturele perspectief in gedachten te houden in deze discussie”, zegt een reageerder. 

De keuze om Tula naakt uit te beelden heeft Hagenaars in 1973 – met instemming van Rene Rosalia – als volgt verwoord: “Ik heb Tula willen uitbeelden zoals hij opstaat. Hij is alles kwijt, zijn ketting en zijn kleren. Hij heeft alleen zichzelf, hij is nieuw. Hij is naakt, zoals de opgestane doden bij het laatste oordeel, zoals ze op kathedralen afgebeeld worden.”

Volgens Hagenaars maakt de naaktheid het beeld tijdlozer. “In de geschiedenis zijn goden en helden vaak naakt afgebeeld. Zij kregen hierdoor een bijzondere waardigheid. Naakt-zijn symboliseert vrij-zijn. Kleren, vooral kleren die niet van jezelf zin, wijzen naar een ander die je aangekleed heeft. Naakt-zijn betekent: ik heb niets nodig dan mijzelf. Naakt-zijn van Tula wijst op herboren zijn. De geest van Tula is weer terug: de geest van volledige inzet voor de toekomst van het volk.”

De woorden van Toos Hagenaars waren in 1973 genoeg om een eventuele discussie te parkeren. Anno 2023 lijken die woorden vervlogen en is de komst van het beeld zeer onzeker. Voorlopig blijft de ‘Naakte Tula’ in ballingschap.

Deel dit artikel