Nieuws Curaçao

Jaarrekening 2018 afgekeurd door Rekenkamer

Het kabinet Rhuggenaath bij zijn aantreden in 2017

De Algemene Rekenkamer heeft de jaarrekening 2018 afgekeurd. De verplichtingen, de uitgaven en de ontvangsten in 2018 zijn niet tot stand gekomen in overeenstemming met de wet- en regelgeving. Ook geeft de jaarrekening geen getrouw beeld van de financiële positie van Curaçao per 31 december 2018 en het resultaat over 2018.

De verplichtingen, de uitgaven en de ontvangsten komen niet overeen met de vastgestelde landsbegroting. De overschrijding bedraagt in totaal en afgerond 278 miljoen gulden.

Ministeries

Het ministerie van minister Suzy Camelia-Römer, Gezondheid, Milieu en Natuur draagt het meest bij aan de overschrijding (65%). In totaal gaat het om 99 miljoen gulden. Minister Zita Jesus-Leito kende met haar ministerie van Verkeer en Vervoer een overschrijding van 24 miljoen, 16 procent van het totaal. Het Ministerie van Economische Ontwikkeling gaf 12 miljoen gulden teveel uit dan begroot (8%).

Aan de inkomsten kant wist het ministerie van Financiën 110 miljoen gulden (89%) niet binnen te halen, zoals begroot.

Wettelijke regelingen

De Rekenkamer meldt voorts dat de verplichtingen en de uitgaven ook niet tot stand zijn gekomen volgens relevante wettelijke regelingen. In totaal blijkt een bedrag van 354 miljoen onrechtmatig besteed. Een groot deel daarvan, 262 miljoen, is uitgegeven aan subsidies voor een totaalbedrag van 262 miljoen gulden. Verstrekt zonder de vereiste subsidiebeschikkingen en overdrachten van totaal 59 miljoen die betaald zijn zonder de onderliggende overeenkomsten

De uitgaven en de ontvangsten waarvan het onzeker is of deze volgens de relevante wettelijke regelingen zijn ontstaan bedraagt totaal bijna drie miljard gulden. Volgens de Rekenkamer komt dit vooral omdat bijna 1,4 miljard gulden aan belastinginkomsten door interne beheersing niet voldoende is.

Geen getrouw beeld

De jaarrekening geeft ook geen getrouw beeld van de financiële positie van Curaçao per 31 december 2018 en het resultaat over 2018.

De jaarrekening is niet opgesteld volgens alle betreffende bepalingen van de Landsverordening Comptabiliteit 2010. Zo worden de begrotingswijzigingen niet in de jaarrekening toegelicht.

Die bevat 34 miljoen aan getrouwheidsfouten en 3 miljard aan getrouwheidsonzekerheden. De fouten hebben betrekking op onder andere onterechte directe boekingen op het eigen vermogen voor het treffen van een voorziening voor dubieuze vorderingen van totaal 16 miljoen gulden en een onjuiste verantwoording van 13 miljoen gulden als subsidie. De
getrouwheidsonzekerheden van 3 miljard worden ook grotendeels
veroorzaakt door de onzekerheid rondom de belastinginkomsten, 1,4 miljard gulden.

De Algemene Rekenkamer zegt dat de jaarrekening geen getrouwe weergave geeft van het gevoerde financieel beheer. Er zitten fouten in ter grootte van voor een totaalbedrag van 665 miljoen gulden en bijna 6 miljard aan onzekerheden.

Omwille van een getrouw beeld mag de jaarrekening niet meer dan NAf 17 miljoen aan fouten en of onzekerheden bevatten.

Financieel beheer

Bovenstaande problemen en tekortkomingen zijn volgens de Rekenkamer het gevolg van het feit dat het financieel beheer niet ordelijk en niet controleerbaar is.

De ministeries voldoen nog niet aan de minimale eisen van ordelijkheid en controleerbaarheid die zijn voorgeschreven in de Landsverordening Financieel Beheer. Zo is er geen vereiste functiescheiding getroffen, is er geen goede interne beheersing van de inkomsten en het voldoende invullen van de interne controlefuncties bij de ministeries. Ook het verrichten van de vereiste interne controles zoals de controle op de gegevens verwerkt in de administraties is niet op orde.

Het opstellen van landsbesluiten en ministeriële regelingen ter nadere uitwerking van onder meer procedures voor de instelling van invordering, incasso, kwijting en teruggave van ontvangsten anders dan belastingen is onder de maat, alsmede het opnemen van een verslag ‘Beheer van de
onroerende zaken’ als afzonderlijke nota bij de jaarrekening, aldus de Rekenkamer.

Staten

In 2018 heeft Curaçao aangegeven dat zij haar financieel beheer op orde zal brengen en houden. Als (ultieme) toetssteen hiervan zal haar jaarrekening over het dienstjaar 2021 tijdig worden vastgesteld en voorzien van een goedkeurende controleverklaring.

Om dit te bewerkstelligen heeft de overheid een stappenplan opgesteld. Tijdens het onderzoek van de Rekenkamer is geconstateerd dat de realisatie van de oplossingen hierin achterlopen op de planning.

Volgens de Rekenkamer is de Staten nu aan zet. Die moet de regering verzoeken om de nodige informatie over de begrotingsoverschrijdingen van 277 miljoen gulden vooralsnog aan haar te verschaffen zodat zij deze overschrijdingen kan beoordelen voordat zij overgaat tot de vaststelling van de jaarrekening 2018 inclusief de begrotingswijzigingen.

De Staten dient er ook op toe te zien dat de minister van Financiën en de Raad van Ministers de aanbevelingen van de Rekenkamer zo spoedig mogelijk opvolgt en daarmee rekening houdt met de doelstelling van een goedkeurende controleverklaring bij de jaarrekening 2021.


Deel dit artikel