Nieuws Curaçao

Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten eindelijk eens over juridisch fundament Landspakketten

DEN HAAG – Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten hebben vandaag een onderlinge regeling ondertekent. Die vormt het juridische fundament voor de hervormingen die eerder waren afgesproken onder de naam COHO.

Sinds eind 2020 werken de Landen samen met Nederland aan noodzakelijke hervormingen in hun publieke sector, zoals die zijn overeengekomen in de Landspakketten. Deze samenwerking heeft tot doel de economieën van de Landen te versterken, met het oog op de bevordering van het welzijn van hun inwoners.

Met deze onderlinge regeling committeren de regeringen van Aruba, Curaçao en Sint Maarten zich voor meerdere jaren aan de uitvoering van de hervormingen in hun publieke sectoren. Nederland committeert zich aan het bieden van ondersteuning daarbij door het beschikbaar stellen van mensen en middelen.

Tijdelijke Werkorganisatie

De Landspakketten, zoals die eind 2020 met ieder land zijn overeengekomen, blijven de basis voor de samenwerking. Ter ondersteuning van de uitvoering van de Landspakketten blijft de Tijdelijke Werkorganisatie, TWO, binnen het ministerie van Binnenlandse Zaken bestaan.

De TWO voert haar taak uit in gezamenlijkheid met de Uitvoeringsorganisaties, die in ieder van de Landen zijn ingesteld onder de ministers-presidenten. Samen zijn zij belast met de ondersteuning, begeleiding en monitoring van de uitvoering van de hervormingen.

De TWO heeft hiertoe tot en met 2027 jaarlijks ruim 30 miljoen euro beschikbaar. Circa 6,5 miljoen hiervan wordt besteed aan apparaatskosten, voor zowel het eigen personeel van de TWO als voor de inzet van experts van andere departementen.

De resterende middelen kunnen worden aangewend voor de financiering van hervormingsprojecten of voor het beschikbaar stellen van aanvullende deskundigheid of uitvoeringscapaciteit.

Bemiddeling

Nu de uitvoeringsagenda’s en -rapportages en gezamenlijk zullen worden vastgesteld, en plannen van aanpak instemming vergen van Nederland, betekent dit dat overeenstemming bereikt dient te worden over de inhoud ervan.

Het is denkbaar dat dit niet altijd op alle punten zal lukken. Artikel 8 van de onderlinge regeling bepaalt dat in die gevallen een onafhankelijk bemiddelaar zal worden aangewezen.

De onderlinge regeling is per vandaag in werking getreden en geldt in principe voor vier jaar, dus tot en met 3 april 2027. Na die datum is er de mogelijkheid van verlenging met telkens maximaal twee jaar. Er is voorzien in een evaluatie na drie jaar.

Deel dit artikel