InterCaribbean is niet met de vereiste zekerheid over de brug gekomen om het aangenomen schuldeiserakkoord te garanderen. De rechter die uitstel van betaling verleende onder voorwaarde van die garantiestelling gaat daarom niet akkoord met de afspraken tussen schuldeisers en Insel Air.

Bewindvoerder Rogier van den Heuvel heeft het Hof gevraagd het faillissement van de luchtvaartmaatschappij nog niet uit te spreken. Er is nog een beroepstermijn van acht dagen tegen de uitspraak van het Gerecht. Die is daarmee akkoord gegaan.

De rechter vindt de zekerheidstelling die deze week werd geboden in de vorm van een hypotheek op een vliegtuig onvoldoende. InterCaribbean stelde daaraan de voorwaarde dat de zekerheid vervalt als de overeenkomst voor het overdragen van de aandelen niet op 15 april is getekend.

De garantie naar de schuldeisers wordt daarmee ontkracht, aldus de beschikking van het Gerecht in Eerste Aanleg.

Van den Heuvel stelt InterCaribbean de makkelijkste stap – de garantstelling – nu als breekpunt gebruikt, terwijl andere zaken, zoals de nog uit te voeren financiële doorlichting veel ingewikkelder zijn.

Van den Heuvel heeft acht dagen de tijd om in hoger beroep te gaan tegen het besluit van het Gerecht. Hij heeft de maatschappij aansprakelijk gesteld voor de bijna 20 miljoen gulden en de dwangsom van 900.000 gulden.

Wat een en ander precies betekent voor Insel en de schuldeisers werd gisteren niet duidelijk. Bewindvoerder Van den Heuvel zegt ‘in overleg met de overheid’ met alternatieven bezig te zijn’.