Aruba en Curaçao richten hun pijlen op Amerika in een poging om de gevolgen van de crisis in Venezuela op de eilanden het hoofd te kunnen bieden. De premiers van beide landen zijn vandaag aan een tweedaags bezoek aan Washington begonnen. 

Eerder had Curaçao in samenspraak met de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken, Stef Blok de Amerikanen zover gekregen Curaçao te vrijwaren van sancties die gelden voor staatsoliebedrijf PdVSA. Er staat een raffinaderij in Willemstad die geëxploiteerd wordt door Venezuela en die al maanden stil ligt. Voor de lokale markten mag  PdVSA Amerikaanse ruwe olie aantrekken en verwerken voor de Caribische markt.

Dit voor Curaçao gunstige besluit is een direct gevolg van de steun die het eiland geeft aan Amerika om een humanitair steunpunt voor hulpverlening van USAID in te richten op de luchthaven van Curaçao. Een speciale commissie van het Amerikaanse congres was vorige week zelfs onaangekondigd op het eiland om de samenwerking te bespreken.

Ook op het gebied van toerisme zijn de pijlen nu steviger gericht op Amerika door het wegvallen van de Venezolaanse markt en de grenssluiting. Maandelijks komen bijna 50.000 toeristen naar Curaçao, vooral Nederlanders. Maar de tweede plek die steevast werd ingenomen door Venezuela is nu vervangen door Amerika en Canada: ruim 10.000 bezoekers elke maand.

Grensblokkade Maduro

Aruba heeft dit weekend de grenzen met buurland Venezuela vrijdag expliciet gesloten in een poging de stroom vluchtelingen naar dat eiland tegen te houden. De maatregel is ingesteld voor minimaal één maand. Het besluit is genomen in overleg met Den Haag en Willemstad.

In februari blokkeerde Maduro het verkeer met de ABC-eilanden, Brazilië en Colombia toen oppositieleider Juan Guaidó, probeerde Amerikaanse humanitaire hulp Venezuela in te krijgen.

“Ons buurland bevindt zich in een crisis van ongekende omvang. Openstellen van de grenzen zou kunnen leiden tot vergroting van de migrantenstroom, wat gevolgen kan hebben voor de openbare orde en veiligheid”, aldus een officiële verklaring uit Aruba.

De meeste Venezolanen komen naar Aruba via reguliere vluchten en niet via illegale bootjes. Nu de grenzen sinds februari dicht zijn, is hun aantal drastisch gedaald. Aruba wil dat zou houden.

Eén grens

Juist vrijdag had Venezuela de eenzijdig uitgeroepen grensblokkade naar Aruba opgeheven, maar de grenzen met Bonaire en Curaçao niet. Als reactie lieten beide eilanden meteen al weten dat er maar één grens is in het Koninkrijk.

Dat geldt overigens niet voor het deportatiebeleid van de minister van Justitie, Quincy Girigorie, zo blijkt. Die liet in een persconferentie weten dat wat hem betreft het uitzetten met behulp van het Venezolaanse consulaat van Maduro gewoon doorgaat. Curaçao weigert vooralsnog zich aan te sluiten bij het Vluchtelingenverdrag van Genève – zoals Aruba dat wel heeft gedaan-, omdat het zegt de gevolgen daarvan niet te kunnen dragen.

In plaats daarvan zegt de minister nogmaals te kijken naar interne procedures om zo niet in conflict te komen met het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens. Daarvan werd het beschuldigd door de eigen Ombudsman, Amnesty International en andere internationale organisaties.

Volgens de laatste cijfers van de Verenigde Naties en de internationale migratieorganisatie IOM zijn er momenteel 16.000 Venezolanen op Aruba, op een bevolking van bijna 112.000.