Nieuws Curaçao

De trackrecord van een ‘handige’​ minister

Je kon de klok er bijna op gelijkzetten. Zelfs tijdens Corona lijken Curaçaose ministers te willen verdienen aan de inzet van speciale maatregelen, die ze zelf bedenken. Suzy Römer, minister van Volksgezondheid heeft al een aardige trackrecord voor wat betreft ‘de schijn tegen’, maar in de zaak van ‘het quarantainebeheer’ maakt ze het wel erg bont. Het ligt er zo dik bovenop, dat je bijna van schaamteloosheid kan spreken.

Opinie | Dick Drayer

Dit keer gaat het om TEexperience, een crowd-managementbedrijf van haar ‘schoonzoon’ Thakai Doran. Die kreeg in een paar dagen tijd een lucratieve opdracht om alle binnenkomende reizigers in verplicht quarantaine te stoppen en te bewaken. Voorheen werd zijn bedrijf ingezet bij grote evenementen en volgens Suzy is de quarantainemaatregel van haar regering zo’n groot evenement. Wellicht had ze ook een touroperator uit kunnen zoeken, want die beroepsgroep heeft al jaren ervaring om toeristen van de airport naar een hotel te brengen. Nog los van het feit dat er niks mis is met het inzetten van eigen ambtenaren om dit soort klusjes te klaren. Daar zijn er al veel van en ze kosten niets extra. Maar toegegeven, ze leveren een minister ook niets op, dat moet gezegd.

Traditiegetrouw werden de touroperators en andere belangstellenden opzij gezet door geen aanbestedingsprocedure te starten, terwijl dat voor projecten van boven een ton wel moest. Suzy wist natuurlijk heel goed dat dat alleen maar kan na consultatie van de minister van Financiën, die dat alleen mag doen als de nationale veiligheid in geding is. De Rekenkamer had dat onlangs nog eens uitvoerig aan de ministerraad uitgelegd. Lijkt me in dit geval nogal zwaar aangezet om voor toeristenvervoer en onderbrengen van reizigers een crowd-managementorganisatie in te zetten, omwille van de nationale veiligheid.

Hoe het ook zij, met het besluit van Suzy om haar schoonzoon een aardig opdrachtje te geven, heeft ze in ieder geval de schijn tegen en dat moet je als minister niet willen.

Pluche

Maar goed, het is in Curaçao een publiek geheim dat ministers verdienen aan hun positie op het pluche. En dan heb ik het niet over hun reguliere arbeidsvoorwaarden, die trouwens nooit bij wet zijn vastgelegd . Benoemingen, topsalarissen, consultants, opdrachtgunningen: het is vaak kassa voor de man of vrouw aan de top. Wie wil snappen hoe dat werkt, moet maar eens met de Algemene Rekenkamer praten.

Of het nou gaat om jaarrekeningen, aanbestedingsprocedures, subsidieverordeningensalarisadministraties of het aangaan van financiële verplichtingen, er is zoveel mis, dat misbruik onontkoombaar lijkt en makkelijk te initiëren. Helemaal als blijkt dat geconstateerde gebreken door ministers en parlement op geen enkele wijze worden gerepareerd. Kennelijk heeft iedereen in de politieke en ambtelijke arena baat bij het in standhouden van het cliëntelisme of de corruptie die hieraan ten grondslag ligt.

Knopse-streek

Los van de staatkundige legitimiteit, is het dan ook niet verwonderlijk dat Nederland, nu, tijdens de Coronacrisis, de kans schoon ziet om gaten in dit patronagesysteem te schieten. De Centrale Bank moet eraan geloven. De ambtenaren worden aangepakt en de salarissen van ministers en Statenleden gaan voor de bijl. Net als de bezoldiging van hun vriendjes die her en der mooie en vooral lucratieve posities hebben gekregen in ruil voor hun politieke support.

Wie denkt dat de strijd hiermee gestreden is, heeft het mis. De angel uit het hart van de Curaçaose corruptie haal je er niet met een knopse-streek uit. Allereerst hebben de politici in 2010 al ‘vergeten’ hun bezoldiging te regelen, hoewel de Staatsregeling van Curaçao dat dwingend voorschrijft. De nieuwe 25-procentsbezuiniging van Knops moet dus ook bij wet worden geregeld net als de verlaging van de ambtenarensalarissen met 12,5 procent. Ik kijk met spanning uit naar het Statendebat en zal er – als dat er ooit van komt – bij volgende gelegenheid dieper op ingaan.

Overgangstijd

Waar ambtenaren en ook het personeel van aan de overheid gelieerde entiteiten op aangeven van de Nederlandse staatssecretaris voor 1 juli de solidariteitsklap van 12,5 procent moeten opvangen, krijgen de bestuurders van die entiteiten – als het aan de minister van Financiën ligt – een jaar (!) de tijd.

En als ik advocaat Mirto F. Murray mag geloven, is zelfs dat buiten proportie en zou dat veel langer, wellicht wel vier jaar moeten zijn. Zijn standpunt is ook te begrijpen, hij was immers de raadsman van de vier best betaalde directeuren van publiekrechtelijke organen, waarvan de salariëring ooit door een minister is bepaald.

Murray betwijfelt overigens of de wijziging van de Code Corporate Governance de bevoegdheid geeft aan de minister om de arbeidsvoorwaarden van directeuren van overheidsgelieerde entiteiten te maximeren. Voor alle duidelijkheid dat gaat niet om de bezoldiging van vier van zijn best betaalde cliënten. Die valt buiten de reikwijdte van de ministeriële beschikking van minister Kenneth Gijsbertha.

Maar let op: waar de mensen aan de top met hun toch al riante salarissen en onkostenvergoedingen kennelijk de pijn niet kunnen dragen – anders dan ze vier jaar de gelegenheid te geven er aan te wennen – moet het klootjesvolk direct inleveren. En dan heb ik het niet alleen over ambtenaren en trendvolgers, die 12,5 procent moeten inleveren, maar ook over de private sector. Waar werknemers gewoon 20 procent in moeten leveren, terwijl hun arbeidsvoorwaarden over het algemeen toch een stuk minder zijn dan in de publieke sector.

Publiekrechtelijk orgaan

Toch zijn er nog steeds hoog betaalde bestuurders, ooit neergezet door de overheid, die de dans ontspringen. De salarissen en andere arbeidsvoorwaarden van bestuurders van het APC, de SVB, de Centrale Bank en Bureau Telecom blijven buiten schot. Zij kunnen niet geraakt worden, omdat hun werkgever een publiekrechtelijke orgaan is, bij landsbesluit vastgesteld. En deze kunnen niet door een ander landsbesluit buitenspel worden gezet.

Dat die top zich met regelmaat fêteert en goed zorgt voor elkaar is niet beperkt tot politieke kleur. We kennen de verhalen van Gerrit Schotte, maar ook in de huidige club lopen ministers rond die hun verhaal moeilijk zonder stotteren kunnen vertellen. Ik neem als voorbeeld een benoeming die nogal wat stof deed opwaaien: die van Cpost CEO Franklin Sluis bij Bureau Telecom Post & Utiliteiten, BTP&U. En het laat zich raden over welke minister ik het heb, jawel: Suzy Römer.

Sluis

De benoeming van Franklin Sluis is opvallend omdat uit de documentatie blijkt dat hij niet de beste kandidaat was en omdat zijn beloning wel erg royaal werd opgetuigd door zijn minister.

We herinneren ons vast nog de vier loonstrookjes van de directeuren Philip Martis (SVB), Yamil Lasten (Curoil), Franklin Sluis (BTP) en Paul de Geus (UTS), die vanuit het niets in de media verschenen:

Geschiktheid

Uit de 39 kandidaten werden uiteindelijk drie geschikt geacht: Charluce Sandries, Franklin Sluis en Maurice Adriaens. Sandries had verreweg de beste papieren. Zij kende de organisatie al zeer goed. Sinds 2010 was zij al plaatsvervangend directeur van BTP&U en eindverantwoordelijk voor juridische beleidszaken binnen de organisatie en verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding tijdens de langdurige arbeidsongeschiktheid van voormalig directeur De Canha.

Wervingsbureau Deloitte Dutch Caribbean schrijft in haar eindrapportage dat de kandidate diepgaande kennis van de beleidsterreinen van BTP&U heeft. De kandidate komt over als een zelfverzekerde krachtige vrouw die overwicht heeft. Zij heeft bovendien passie voor het werkveld van BTP&U en is loyaal aan de organisatie en haar doelen.

Als aandachtspunt komt naar voren dat Sandries minder goed lijkt in te kunnen spelen op politieke sensitiviteit, alhoewel de verwachting is dat zij zich hierin wel kan ontwikkelen. Ze staat kennelijk wat verder van de politiek af dan haar enige concurrent Franklin Sluis. Desondanks komt het Deloitte-rapport tot de slotsom dat Sandries net als Sluis geschikt is voor het directeurschap.

Suzy Camelia Romer met Alvin Daal (l) en Franklin Sluis (r)

Sterkere kandidaat

Maar dan gebeurt er iets merkwaardigs. Minister Suzy Römer stelt in haar brief van 15 december 2015 aan de Raad van Ministers dat van de geschikte kandidaten de selectiecommissie de heer Franklin A. Sluis de sterkere kandidaat vond. Maar in het rapportexemplaar van 8 september 2015, staat dit niet zo expliciet vermeld in het hoofdstuk ‘Conclusie en advies’.

Over Sluis staat zelfs geschreven dat de selectiecommissie zijn benoeming niet zo zinvol acht als er niets gedaan wordt aan de pensioenleeftijd van 60 jaar bij BTP&U. Sluis was ten tijde van de werving en selectie namelijk 58 jaar.

Het was van meet af aan de afspraak dat een veiligheids- en integriteitsonderzoek deel zou uitmaken van het wervings- en selectieproces. Op advies van Deloitte wordt een extern bedrijf geselecteerd, Forensic Services Caribbean.

Sluis zou zonder kleerscheuren door dat onderzoek zijn gekomen, terwijl de voormalig directeur van Cpost een strafblad had voor het valselijk opmaken van verzekeringspapieren bij de invoer van schade-auto’s. Voor dit misdrijf kreeg hij in 2005 een voorwaardelijke straf van zes maanden en een boete van 15.000 gulden.

Desondanks schrijft Susy Römer aan haar collega’s van de ministerraad dat Forensic na een breed ingezet onderzoek heeft gemeld dat er geen bezwaren zijn gebleken tegen benoeming van Sluis. Hoe dat kan is vreemd, want de autozwendel en veroordeling worden wel degelijk gemeld door Forensic.

Paybacktime

Maar dan moet het ergste nog komen. Kennelijk is het paybacktime van Suzy aan persoonlijke vriend Franklin Sluis. Uit het rapport van Deloitte Dutch Caribbean komt naar voren dat de nieuwe directeur zeer waarschijnlijk mag rekenen op een salaris van zo’n 30.000 gulden per maand. Iets minder dan zijn voorganger, Eduarda DeCana, die in 2001 met krap 15.000 per maand begon en bij zijn pensionering in 2015 34.085,- bruto per maand opstreek.

Voor Sluis toch erg aantrekkelijk, want bij overheidsposterijenbedrijf CPost kreeg hij een brutosalaris van ‘maar’ 21.000 gulden met wat emolumenten zoals twee maanden bonus en een maand vakantie.

Franklin Sluis bij Cpost

Met een pennenstreek weet Suzy het bedrag van zijn BTP&U-voorganger bedrag bijna te verdubbelen naar iets meer dan 62.000 gulden bruto per maand.

De commotie die ontstaat rond de benoeming en dit salaris laat Sluis de beroemde woorden zeggen: “Toen ik werd aangesteld, kreeg ik een salaris dat was vastgesteld. Ik heb daar nooit over onderhandeld.”

De vraag die gesteld moet worden is of deze verhoging van salaris voor de nieuwe directeur BTP&U gebaseerd op een her‐evaluatie van de bestaande functie van de toenmalige directeur waarbij extra taken en verantwoordelijkheden zijn bijgekomen die een verdubbeling rechtvaardigen. Nog los van het feit of er instemming was van de Raad van Toezicht en vervolgens ook de vergadering van Raad van Minister voor collectieve goedkeuring.

Rekenkamer

Suzy is inmiddels al die ophef beu en komt dan met een meesterlijke zet, waarmee ze iedereen, van ministerraad tot pers te kijk zet. Volgens de minister is het proces om te komen tot een nieuwe directeur volgens de regels verlopen en is de aanstelling van Franklin Sluis gelegitimeerd. 

Om alle schijn van wanbeleid tegen te gaan beslist zij de gehele file van de sollicitatieprocedure op te sturen naar de Algemene Rekenkamer Curaçao, die dan op objectieve wijze de benoeming van Sluis alsnog zal evalueren. Ze had natuurlijk ook het wervingsrapport van Deloite Caribbean kunnen publiceren, maar daar moet teveel in gestreept worden om het aan het publiek te tonen. Bovendien is de Rekenkamer gezaghebbend en onafhankelijk.

Wat Suzy ook weet, maar niet met de pers deelt, is dat zij weet dat de Rekenkamer op grond van de Landsverordening Algemene Rekenkamer Curaçao geen verzoeken van ministers in behandeling neemt. De Rekenkamer beslist zelfstandig over welke onderzoeken zij doet en kan wel op verzoek van de Staten bepaalde onderzoeken instellen, maar niet op verzoek van Suzy Römer, of enige andere minister.

De Algemene Rekenkamer komt met deze uitspraak drie kwart jaar later en dan is iedereen de transparantie van Römer alweer vergeten. En zij is op dat moment vergeten, dat ze met dit teleurstellende resultaat ook een ander onderzoeksbureau had kunnen inschakelen. Kun je weer wat aan verdienen, maar is natuurlijk niet zonder risico. Dan liever niet meer over praten. Wat niet weet wat niet deert…


Lees meer:

Deel dit artikel