Minister Financiën: Curaçao boekt geen begrotingstekort
WILLEMSTAD – Minister van Financiën, Javier Silvania reageert kritisch op de recente uitspraken van oppositiepartijen MAN en PIN, die stellen dat Curaçao in de jaren 2022 en 2023 een tekort op de begroting registreerde. Volgens Silvania klopt deze interpretatie niet, en heeft Curaçao juist een overschot gerealiseerd in beide jaren.
MAN en PIN baseren hun kritiek op voorlopige begrotingscijfers, maar volgens de minister leiden deze cijfers tot een onjuist beeld en veroorzaken ze onnodige onrust bij de bevolking. Pisas wijst erop dat het definitieve resultaat voor beide jaren positief uitviel en benadrukt dat de cijfers zorgvuldig worden geanalyseerd voordat ze als definitief worden bestempeld.
De oppositie verwijst in haar uitspraken naar voorlopige cijfers, aangeduid met de letter ‘R’, die staan voor ‘realisatie’, maar deze cijfers zijn nog niet definitief. Volgens de minister zou de nadruk op voorlopige cijfers het vertrouwen in de publieke financiën ondermijnen, wat schadelijk is voor het investeringsklimaat van Curaçao.
College financieel toezicht
Ook het College financieel toezicht (Cft) bevestigt in haar advies en de uitvoeringsrapportages dat Curaçao over 2023 een overschot op de gewone dienst van 19 miljoen gulden behaalde en dat ook voor 2022 een positief resultaat werd gerealiseerd.
Hoewel Curaçao geen tekort registreerde in 2022 en 2023, waarschuwt het Cft in zijn advies dat de overschotten in de toekomst kunnen dalen door verschillende risicofactoren. Deze omvatten onder andere oplopende dotaties aan het schommelfonds van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) en de aanhoudende financiële problematiek van het Curaçao Medical Center (CMC). Deze risico’s vormen een bedreiging voor de stabiliteit van de begroting op de middellange termijn.
De minister benadrukt dat de oppositiepartij MAN-PIN ten onrechte gebruik maakt van voorlopige cijfers om een negatief beeld te schetsen, terwijl de definitieve cijfers positieve resultaten tonen. Het Cft bevestigt in zijn adviezen dat het gebruik van realisatiecijfers belangrijk is, maar merkt op dat er wel degelijk structurele uitdagingen zijn die de begroting op de lange termijn onder druk kunnen zetten.