Nieuws Curaçao

Hoge Raad: Hof inzake oud-SSC directeur Margit de Freitas in de fout

Margit de Freitas verlaat de rechtbank in Willemstad | Archieffoto Èxtra

DEN HAAG – Het proces in hoger beroep tussen voormalig directeur van de Stichting Studiefinanciering, Margit de Freitas en SSC moet over. De Hoge Raad neemt de conclusie van het parket over en heeft het vonnis van 23 november 2021, uitgesproken door het Gemeenschappelijk Hof, vernietigd.

In dat vonnis was al vast komen te staan dat twee van de drie aanklachten van vermeend ‘wanbeleid’ van de Freitas niet konden worden bewezen. Maar de cassatierechter haalt ook een dikke streep door het onderdeel waarvoor ze wel werd veroordeeld, inclusief de miljoenen die de voormalige voorzitter terug moest betalen.

Raad van Commissarissen

De zaak bij de Hoge Raad draait om het punt of De Freitas toestemming van de Raad van Commissarissen (RvC) had voor het aangaan van de overeenkomst met Experientia. Dat bedrijf was door de oud-voorzitter ingezet om trainingen te geven aan vertrekkende bursalen en moest verlengd worden. Die toestemming was nodig omdat er het nieuwe contract de grens van honderdduizend gulden oversteeg.

SSC voerde aan dat de RvC geen formele toestemming had gegeven, ook niet buiten de vergadering om, zoals de statuten bepalen. De rechters in hoger beroep gingen daarin mee.

Maar het Hof liet volgens de Hoge Raad twee verklaringen van De Freitas onbesproken, waarin de op dat moment enige twee leden van de RvC goedkeuring hadden verleend in een e-mail. Kennelijk ging het Hof ervan uit dat er meer leden van de RvC waren. “Onbegrijpelijk zegt de Hoge Raad, in ieder geval is niet toereikend gemotiveerd, dat deze goedkeuring niet geldig zou zijn.

Wanbeleid

De Freitas voerde tijdens het Hoger Beroep aan dat er geen sprake was van wanbeleid door de voorbereiding en begeleiding van de studenten uit te bouwen door een contractverlenging met Experentia.

Integendeel, volgens het beleid van SSC moest de voorbereiding en begeleiding van bursalen juist toenemen. Bij de beoordeling van het functioneren van De Freitas bleek dat zij ‘goed bezig was’. Zij kreeg daarvoor ook complimenten, waardering, beloning en werd zelfs geïnstrueerd om voor 2017 en 2018 meer
van hetzelfde te doen.

De waardering kwam zowel van de RvC als van het ministerie, met inachtneming van de subsidieverordening van 2007. Op grond daarvan is de beslissing genomen om het nieuwe contract met Experientia aan te gaan, aldus De Freitas.

Maar het Hof ging bij zijn beoordeling niet in op deze en andere stellingen. Daarmee hebben de drie rechters volgens de Hoge Raad blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting omdat bij het vaststellen van een ernstig verwijt aan een bestuurder alle omstandigheden van het geval bepalend zijn, dan wel is het oordeel van het Hof ontoereikend gemotiveerd geweest.

Terugverwijzing

Het Hof in Willemstad zal bij de nieuwe behandeling de twee door de Freitas bij
memorie van grieven overgelegde verklaringen van de op dat moment enige twee leden van de RvC moeten bespreken en bepalen of het besluit van De Freitas om het contract met Experentia te verlengen in lijn is met de statuten van SSC.

In dit licht is het aan het Hof om te gemotiveerd te bepalen of bepalen Voorts dient het Hof te bepalen of een vereiste goedkeuring van de RvC alleen kan plaatsvinden door een besluit van de RvC in of buiten de vergadering, althans dat een bestuurder mag vertrouwen op een mededeling van de voorzitter namens de RvC dat de RvC toestemming geeft voor het aangaan van een contract.

Ook zal het Hof alle stellingen die De Freitas heeft ingebracht om het vermeende wanbeleid te pareren, moeten meenemen in zijn beoordeling om al dan niet te concluderen of er sprake is geweest van een ernstig verwijt aan de zijde van De Freitas. Dat laatste is ook nodig om aansprakelijkheid van de bestuurder vast te stellen.

  • download hier de uitspraak van de Hoge Raad

Deel dit artikel