Hoger beroep Enniazaak van start
WILLEMSTAD – Gisteren is het hoger beroep gestart in de miljardenzaak van de Centrale Bank tegen de voormalige bestuurders van Ennia, waaronder de 97-jarige Hushang Ansary, die ook nog jarig was. Hij voerde niet het woord, zoals eerst verwacht.
Dat deed zijn huisadvocaat uit de Verenigde Staten. De drie rechters die vonnis moeten wijzen komen niet uit Curaçao, maar zijn speciaal voor deze zaak uit Nederland overgevlogen. Voor de zitting werden ze beëdigd.
In Eerste Aanleg zijn de oud-bestuurders van Ennia veroordeeld tot het betalen van enorme schadevergoedingen. Zo moet Ansary, de toenmalige hoogste baas van Ennia, meer dan een miljard gulden aan schadevergoeding betalen aan zijn eigen verzekeringsmaatschappij Ennia.
Hij en een aantal medebestuurders worden beschuldigd van het bewust financieel leegtrekken van de Ennia. De Centrale Bank greep in 2018 in, stelde de verzekeraar onder curatele en spande een rechtszaak aan tegen de bestuurders om het geld weer terug te krijgen ten behoeve van de polishouders.
De beklaagden in deze zaak zijn behalve moederbedrijf Parman en Ansary zelf, ook zijn dochter Nina Ansary en de voormalige Ennia-bestuurders Ralph Palm, Gijsbert van Doorn en Abdallah Andraous.
Er is drie dagen uitgetrokken voor de behandeling, met mogelijk uitloop naar donderdag.