Nieuws Curaçao

De West bereidt zich voor op orkaanseizoen

Foto's: SGTCURMIL Danilo Robles de Medina.

WILLEMSTAD – Van medisch handelen tot het ontruimen van een gebouw dat op instorten staat. Sint-Maarten stond weer in het teken van een orkaannoodhulpoefening. En dat is geen overbodige luxe, want van juni tot en met november is het orkaanseizoen op de Bovenwindse eilanden, schrijft Alle Hens, het maandblad van Defensie in Nederland.

Pindakaas, tomatenblokjes, ketjap en kruiden. Eigenlijk maakt de inhoud van de potten, blikken en flessen weinig uit. Alles wordt geroofd. De plunderaars rennen af en aan en slaan genadeloos toe in de opslag van Prime Distributions op Sint-Maarten. Het eiland is tweemaal getroffen door een orkaan. Anarchie is het gevolg.

De opdracht van de toegesnelde mariniers? In de woorden van sectiecommandant sergeant van de mariniers Erik: “Binnendringers verwijderen uit de opslag, een halve maan creëren voor de shutters en voorkomen dat die lui naar binnen gaan. Waar nodig schalen we op in geweld.”

“Een noodhulpmissie is moeilijk te simuleren”, zegt marinier-1 Anne. Na ‘Irma’ verleende hij bestand, nu is hij één van de scenariomanagers in de oefening. “Het zijn de collega’s van de CARMIL die OPFOR zijn en deze oefening een stuk dynamischer maken. Ze geven alles om onze mensen te prikkelen.”

De plunderaars gooien met water, slaan met stokken en smijten met pallets. De mariniers slaan even hard terug. Het scenario is misschien fictief, de klappen die over en weer worden uitgedeeld zijn echt.

Met wapenstokken en charges weten de mariniers de rovers van het terrein te krijgen. Sectiecommandant SGTMARNALG Erik: “Het geweld dat ze gebruiken kunnen ze twee keer zo hard terugverwachten. Het kon nog wat strakker en we hadden de rolluiken meteen moeten sluiten, dan hadden we de halve maan kleiner kunnen maken. Die getraindheid krijg je enkel door ervaring.”

Honger

“Gebruik alles wat je nodig hebt. Zolang je het maar niet mee naar huis neemt”, lacht Joseph wanneer zijn goederen voor de oefening worden verplaatst. De manager van het levensmiddelenmagazijn waar de zogenaamde looting plaatsvindt weet als geen ander waarom het belangrijk is te trainen op een dergelijk plunderscenario.

- tekst gaat verder onder de advertentie -

In 2017 stonden er tientallen mensen voor de rolluiken van zijn zaak, klaar om alles leeg te roven. “We barricadeerden de shutters met pallets. Toch kwamen er enkelen binnen. We waren doodsbang. We hebben nog geluk gehad. De loods hierachter vielen ze binnen met machetes en andere wapens. Als je honger hebt, ga je rare dingen doen. Ik ben blij dat de mannen hier trainen. Voor hetzelfde geld hebben we hun hulp ooit echt nodig.”

Destructief

Het script maakt onderdeel uit van de Hurricane Relief Exercise (HUREX), de orkaannoodhulpoefening die eenmaal per 2 jaar wordt georganiseerd in het Caribische deel van het Koninkrijk. Bij de gereedstellingstraining worden de alarmeringen en logistieke lijnen onder de loep genomen. Een ultieme test van een blauwdruk voor wanneer de natuur zich daadwerkelijk roert.

Zoals in 2017, toen orkaan Irma over het eiland raasde. Hoewel het toerisme op het eiland weer floreert en overal nieuwbouwprojecten uit de grond schieten, verraden geruïneerde gebouwen op het tropische eiland de destructieve kracht van windstoten tot 300 kilometer per uur.

De vaste militaire aanwezigheid op het eiland is van cruciaal belang bij een noodscenario, evenals de relatie met de lokale autoriteiten. Die is enkel sterker geworden na ‘Irma’, vertelt MAJMARNS Arie Noordam, commandant van het Mariniersdetachement op Sint-Maarten.

“Er hoeft zich maar een tropische storm in de buurt te ontwikkelen of de rampenstaven van het eiland komen al in beweging”, vertelt majoor der mariniers Arie Noordam, commandant van het Mariniersdetachement op Sint-Maarten. Zijn eenheid zit tijdens de oefening in het oog van de storm.

De komende maanden zijn zij extra paraat. “De HUREX is natuurlijk bedoeld om ons voor te bereiden op het orkaanseizoen, maar het is ook een signaal naar de lokale autoriteiten. We trainen en zijn straks voorbereid om op verzoek bijstand te verlenen.”

Verzoek

Voor militaire noodhulp moet eerst een officieel hulpverzoek worden gedaan, waarbij de lokale overheid aangeeft of er zachte militaire bijstand (na natuurgeweld) of ook harde bijstand (vanwege de menselijke reactie op die gebeurtenis) nodig is. Vervolgens bepaalt de krijgsmacht of aan het verzoek kan worden voldaan.

De spearhead van een dergelijke operatie bestaat uit eenheden die zich al in het gebied bevinden. Die wordt aangevuld met een main body met invliegende en invarende eenheden, zoals genisten van de landmacht of het logistieke bevoorradingsschip Zr.Ms. Pelikaan, dat het getroffen gebied van hulpgoederen kan voorzien. De HUREX is, naast een marine- en mariniersoefening, dan ook een paarse training.

In het scenario staat het gebouw op instorten. De militairen die de bewoners komen evacueren kunnen op flinke weerstand en zelfs vuurcontact rekenen.

Gasmaskers en bikini’s

De hulpvraag van een getroffen land kan van alles omvatten. Daar zit meteen de complexiteit van noodhulpmissies. Wil je je goed voorbereiden dan moet je ook álles trainen. Sint-Maarten is tijdens de HUREX daarom verdeeld in 3 sectoren.

De militairen bewegen zich na aansturing van de staf kriskras over het eiland binnen een decor van verschillende rampscenario’s. Kettingzagen worden aangewend om een weg vrij te maken van omgevallen bomen. Genisten simuleren damage assessments.

Aan de andere kant van het eiland rennen militairen met gasmasker op later die dag langs vakantiegangers in zwemkledij. “Can you help me!?”, schreeuwt iemand op het strand. Even verderop hapt het oefenslachtoffer naar adem en gilt een ander het uit van de pijn. Ga er maar aan staan.

Sergeant-majoor van de mariniers Michiel van het Marine Training Command (MTC) houdt de trainees nauwlettend in de gaten. De casus: “Tijdens de laatste orkaan is er een hoop losgeraakt, wat mensen heeft verwond. Ook stortte er een opslag voor aircogas in en was er sprake van rondvliegend puin. Afvoeren via de weg is niet mogelijk.”

“De slachtoffers moeten er over het water uit, per FRISC. Ik let op drie punten: de triage die wordt toegepast, het activeren van de afvoer via zee en het onderkennen van gevaar; de gassen zijn namelijk giftig.” En dan glimlachend: “Dat gasmasker vormt nogal een extra uitdaging.”

Zelf bood Michiel de helpende hand tijdens de noodhulpmissie in 2017. “Daar hebben we toentertijd vooral mensen behandeld met kleine verwondingen, bijvoorbeeld veroorzaakt door glasscherven, of die last hadden van uitdrogingsverschijnselen. Wat we met dit scenario willen doen is prikkelen. Train hard, fight easy; dat hebben de mannen mijns inziens goed opgepakt.”

Ook de bemanning van Zr.Ms. Pelikaan wachtte een verrassing. Hun schip werd belaagd door tientallen mensen die water en eten eisten. Met een waterslang en ondersteuning van mariniers kregen ze de meute in bedwang.

Geeft vertrouwen

Wanneer de ‘storm’ weer is gaan liggen, blikt luitenant-kolonel der mariniers Tim van Wijk terug op de HUREX. De militair is normaliter de commandant van de Marinierskazerne Savaneta, maar de afgelopen dagen zwaaide hij de scepter over de Taskforce Sint-Maarten.

“Ik kijk terug op een geslaagde oefening. De inzet van onze mensen, de alarmering naar Nederland en naar de verschillende ministeries; we kunnen zeggen dat onze blauwdruk werkt en dat we de broodnodige noodhulp kunnen bieden, als die van ons wordt gevraagd. De mensen in een getroffen gebied kunnen vertrouwen hebben in ons.” 

Deel dit artikel