Curaçao verwacht erkenning, excuus en herstel voor slavernijverleden
WILLEMSTAD – Moet het kabinet excuses aanbieden voor het Nederlandse slavernijverleden? Die vraag staat centraal bij het werkbezoek van de Tweede Kamer aan Suriname, Curaçao en Bonaire. Een Kamerdelegatie begint vandaag aan een negendaagse reis, bedoeld als voorbereiding op het herdenkingsjaar 2023. Dan is het 150 jaar geleden dat de slavernij in Nederland werd beëindigd.
De Kamerleden zullen allerlei gesprekken voeren, onder meer met volksvertegenwoordigers en wetenschappers. Op Curaçao gaat de delegatie het gesprek aan met buurtbewoners in verschillende wijken die eerder onderling al dialoogsessies hebben gehouden.
Eerst
Het is voor het eerst dat een Nederlandse Kamerdelegatie een krans gaat leggen bij de herdenking van de grote slavenopstand van 1795, 17 augustus. Er wordt op Curaçao reikhalzend uitgekeken naar het bezoek en de stap die welhaast onvermijdelijk is daarna: erkenning van het slavernijverleden en excuses van de Staat de Nederlanden.
Gibi Basilio, organisator van wijkdialogen over slavernij en het doorwerken daarvan in de huidige samenleving, is enorm blij met het bezoek. “Hoewel de delegatie zich zelf heeft uitgenodigd, is het goed dat het nu gebeurt. Het is belangrijk dat de Kamerleden zelf komen kijken, luisteren, proeven en ervaren wat de Curaçaose mens bedoelt met de doorwerking van de slavernij op het leven van nu.”
Volgens Basilio gaan de Kamerleden vooral heel veel informatie krijgen. “Het bezoek moet de Tweede Kamer doen beseffen dat de relaties in het Koninkrijk gebaseerd moeten zijn op emancipatie en niet op rekolonisatie. Wat dat inhoudt gaan de Kamerleden tijdens hun bezoek ervaren en moet hen munitie geven om met de eigen regering in debat te gaan over het slavernijverleden”, aldus Basilio.
Basilio verwacht dat het bezoek een opmaat is voor het proces van erkenning, excuus en reparatie dat volgend jaar, 150 jaar na de echte afschaffing van de slavernij gestalte zou moeten krijgen. Reparatie betekent, wat Basilio betreft, dat Nederland moet gaan investeren in het oplossen van de achterstand die mensen op Curaçao hebben opgelopen als gevolg van de geschiedenis.
Excuses
In 1863 schafte Nederland de slavernij in zijn koloniën officieel af, maar tien jaar later waren de tot slaaf gemaakten in feite pas vrij. Vorig jaar adviseerde een commissie de Nederlandse Staat excuses aan te bieden. Het kabinet heeft dat tot nu toe niet gedaan, maar heeft wel beloofd nog dit jaar met een reactie te komen. Verschillende steden hebben al wel excuus gemaakt, net als bijvoorbeeld de Nederlandsche Bank.
De delegatie bestaat uit negen Kamerleden en wordt geleid door Kiki Hagen (D66). Onder de deelnemers zijn ook fractievoorzitters: Klaver (GroenLinks) en Simons (Bij1). Hagen typeert het bezoek als een onderzoeksreis. Die zou kunnen leiden tot aanbevelingen aan het kabinet.
De grootste fractie, de VVD, doet niet mee aan de reis. Volgens VVD-Kamerlid Van Strien heeft een negendaagse reis op dit moment onvoldoende meerwaarde. De VVD heeft naar eigen zeggen nog geen definitief standpunt over eventuele excuses. In elk geval D66, ChristenUnie, PvdA, SP, GroenLinks, Partij voor de Dieren, Denk, Volt, Bij1 en de fractie-Den Haan zijn voor het aanbieden van verontschuldigingen.
Hagen is als D66’er voor, maar wil als voorzitter van de delegatie niet vooruitlopen op de vraag of er excuus moet komen: “Ik hoop dat deze reis er een belangrijke bijdrage aan levert om goed inzicht te hebben in wat het slavernijverleden nog steeds betekent en dat we vooruit kunnen kijken.”