WILLEMSTAD – Het Curaçao Medical Center herhaalt dat het ziekenhuis sinds de opening geen adequate financiering van de overheid heeft ontvangen om de operationele kosten van de ziekenhuisdiensten aan BVZ-verzekerden te dekken.

In een brief van het bestuur van het ziekenhuis aan de minister-president, de minister van Financiën, de minister van Volksgezondheid en de minister van Justitie stelt het CMC dat er een aanzienlijke discrepantie bestaat tussen het bij ministeriële graad vastgestelde zorgbudget aan CMC en de ziekenhuisdiensten aan BVZ-verzekerden.

“SVB kreeg een taakstellende opdracht van de overheid, de Taskforce Marktordening en Financiering Zorgsector onder leiding van de heer Monte berekende een besparing van 72,3 miljoen gulden vanaf 2020 tot maximaal 99,5 miljoen in 2026. Een intern uit analyse van de SVB blijkt dat dit bedrag circa 83 miljoen gulden zou moeten bedragen. Deze besparingen zijn echter nog niet gerealiseerd”, aldus het CMC.

“De zorgbudgetten 2019-2020 en 2021 zijn onderwerp van beroepsprocedures bij de rechtbank, maar CMC geeft er de voorkeur aan om in overleg met de ministers GMN en Financiën naar een oplossing.”

CMC zegt meerdere malen geprobeerd te hebben deze kwestie op te lossen. “Er zijn sinds 2019 veel brieven naar de regeringen van Curaçao gestuurd, maar we wachten nog steeds op reactie”, aldus het CMC.

Covid

Naast de eerder genoemde SVB-begrotingsuitdaging, zegt CMC herhaaldelijk de aandacht getrokken te hebben zonder reactie of volledige verlichting van de kwestie van COVID-19 en de oplopende onverzekerde kosten.

“Tot en met juli 2022 bedragen deze kosten in totaal 15 gulden van COVID-19-behandelingen (waarvan 4,8 miljoen werd betaald in maart 2021), en 16,7 miljoen gulde van onverzekerden en ongedocumenteerden.”

Op grond van de huidige wetgeving is CMC verplicht deze zorg te verlenen. Al met al resulteert dit geldgebrek in een cumulatief verlies van 148,4 miljoen per juli 2022 en een opgebouwde schuld aan crediteuren van 104,5 miljoen gulde waarvan CMC Vastgoed het hoogste uitstaande bedrag heeft.

Dit vormt volgens het ziekenhuis een aanzienlijk risico op middellange en lange termijn voor het preventieve en correctieve onderhoud en voor het noodzakelijke opgebouwde kapitaal voor het vervangingsprogramma voor medische apparatuur, dat over zeven tot twaalf jaar moet worden betaald.