Nieuws Curaçao

Kans op goed pensioen op Curaçao wordt steeds kleiner

De kans dat jij straks je pensioen krijgt, waarop je gehoopt had, wordt steeds kleiner. Pensioenfondsen en leven/pensioenverzekeraars hebben mogelijk onvoldoende in kas. Het risico daarop is in ieder geval reëel en erg groot. Reden is de in het verleden afgegeven hoge garanties en onvoldoende voorzichtige reserveringsregels bij de beleggingen van jou premie.

Opinie| Servaas Houben en Ronald Ketellapper

Hierdoor zijn zij niet in staat om hun verplichtingen na te komen waardoor pensioenuitkeringen gekort moeten worden. 

De huidige regelgeving is verouderd en niet in staat om dit risico te op te vangen en te neutraliseren. Meer prudente reserveringsvoorschriften zijn nodig, risk based regulations, en een (lange) transitieperiode om eventuele tekorten geleidelijk aan te zuiveren. 

Werk aan de winkel voor de nieuwe president van de Centrale Bank, die zich nu eens echt moet gaan focussen op haar toezichtstaak, in plaats van mensen hun krantenabonnement af te pakken.

Toezeggingen nakomen

- tekst gaat verder onder de advertentie -

Verzekeraars en pensioenfondsen doen beloftes aan hun klanten die ze met grote mate van zekerheid moeten kunnen nakomen. Ze moeten hierbij voldoende vermogen (voorzieningen) aanhouden om aan alle verplichtingen en garanties te kunnen voldoen. 

Een levenslang pensioen uitkeren of een gegarandeerd kapitaal op einddatum om de hypotheek te kunnen aflossen bij voorbeeld. Of een kapitaal of nabestaandenpensioen uitkeren bij overlijden van een verzekerde of pensioendeelnemer. Zitten er bij de verzekeraars en pensioenfondsen in Curaçao voldoende gelden in kas? 

Dat staat nog maar te bezien. Curaçaose entiteiten berekenen dat benodigde vermogen namelijk niet op de meest voorzichtige manier, zoals dat elders in de wereld inmiddels wel gebruikelijk is. 

Voorbeeld

In het verleden zijn premiebetalende polissen afgesloten toen de rente hoog was. Vier procent was ooit een gangbare rentegarantie. De financiële instellingen berekenen het benodigde vermogen voor die polissen alsof deze hoge rente ook nu nog kan worden behaald en dat dit tot de einddatum van de polis ook zo blijft. 

In een markt waarbij de rentes al lange tijd dalen en op een historisch laag niveau liggen is dat riskant. Er zit dan te weinig in kas voor deze polissen en de enige optie die overblijft is het korten van pensioenuitkeringen. Korten van uitkeringen is de minst gewenste optie omdat gepensioneerden vaak geen andere inkomsten bronnen hebben. 

Norm

De toezichthouder CBCS moet erop toezien dat financiële instellingen voldoende vermogen aanhouden om aan hun verplichtingen te kunnen voldoen. Ze schrijven daarom voor dat de instellingen een zogenoemde toereikendheidstoets uitvoeren: daarbij berekenen ze of er ook voldoende in kas zit als de veronderstellingen (zoals die ten aanzien van de rente) voorzichtiger worden ingezet. Instellingen mogen daarbij zelf bepalen wat zij als voorzichtig beschouwen: een open norm dus. 

Aandeelhouders en ook andere belanghebbenden zitten niet te wachten op bijstortingen om de kassen te spekken dat maakt het aantrekkelijk om de veronderstellingen in de toereikendheidstoets niet op het meest voorzichtige niveau te stellen. 

Dit is een van de redenen waarom deze open norm methode in Nederland en andere landen al lang is afgeschaft en vervangen door hardere en meer objectieve en markt consistente eisen.

Verzekeraars en pensioenfondsen

Verzekeraars en pensioenfondsen sturen hun bedrijven grofweg langs een drietal assen. Ze beleggen de premie-inkomsten en moeten dat op een zodanige manier doen dat ze voldoende rendement genereren om aan hun verplichtingen te kunnen voldoen. 

Ze moeten daarbij hun risico’s beperken om te voorkomen dat ze onderuit gaan. Dus voldoende beleggen in relatief veilige staatsobligaties en voldoende spreiding aanbrengen zodat een enkele deconfiture van een land of bedrijf geen grote impact heeft op het vermogen. 

Verder moeten ze een accurate inschatting maken over hoe lang hun verzekerden leven en hoe groot de kans is dat een verzekerde overlijdt. Daarop baseren ze hun risico premies. Tenslotte moeten ze ervoor zorgen dat hun kosten in lijn blijven met de kostenopslagen die in de premies zijn meegenomen. In de praktijk zijn de beleggingen veruit de belangrijkste succesfactor.

Beleggingen

Als een verzekeraar bij een verzekering met een duur van 30 jaar een garantie geeft van vier procent per jaar, levert een jaarlijkse premie inleg van 1,- gulden op het einde 58,33 gulden op. Als het werkelijke jaarlijkse rendement dat behaald wordt maar drie procent bedraagt, is er op het eind van de looptijd  49,00 gulden in kas: een tekort van zestien procent. 

En na 40 jaar zorgt dat gebrek aan rendement al voor een tekort op einddatum van 21.4 procent. Het is dus van groot belang dat de opbrengsten van de beleggingsportefeuille aansluiten bij de toekomstige verplichtingen van de instellingen.

Storten of korten

Internationaal is het gebruik dat bij de berekening van het benodigde vermogen uitgegaan wordt van een rendement dat risicovrij kan worden behaald. Staatsleningen in veilig geachte landen die hun verplichtingen zeker zullen nakomen zijn dan de maatstaf. 

Als dat voor Curaçao toegepast zou worden, is de kans groot dat de benodigde vermogens moeten worden aangevuld door aandeelhouders. Bij pensioenfondsen is dat lastig en daar zouden de aanspraken moeten worden gekort. 

Of dat nodig is hangt af van de vaststelling van het risicovrije rendement. Omdat in de huidige regelgeving uitgegaan wordt van historische rendementen, terwijl de huidige rendementen lager liggen, is de kans groot is dat er onvoldoende is gereserveerd en dat de voorzieningen versterkt zouden moeten worden.

Adequaat toezicht

Er zijn andere instrumenten om de balansen van financiële instellingen te versterken. Het verlagen van gegarandeerde rentes ligt voor de hand. Ook kunnen garanties achterwege blijven, zoals wereldwijd in de pensioensector al van toepassing is. Ook kan het opheffen van de verplichting om zestig procent van de beleggingen lokaal in te kopen bijdragen aan het matchen van de verplichtingen en het concentratie risico verminderen van te veel beleggingen op Curaçao.

Zolang de gulden met de dollar gelinkt is, kan het rente risico ook via swaps en andere dollar derivaten gematcht worden. Alles staat of valt met een adequaat toezicht. Dat rekening houdt met internationale prudente waarderingsregels en risico’s expliciet toetst.

Uitdaging

De problemen in de financiële sector op Curaçao zijn groot: twee banken en één verzekeraar zijn al in de problemen geraakt vanwege regelgeving die onvoldoende rekening hield met risico management. Laat deze dreigende veenbrand de problemen niet nog groter maken. 

Stel prudente rekenregels vast volgens gesloten normen. Mocht hieruit blijken dat er inderdaad te weinig is gereserveerd, dan kan een lange transitieperiode in acht worden genomen om de tekorten geleidelijk te compenseren. Dit gaat wel enige pijn doen bij aandeelhouders die moeten afzien van dividenden en deelnemers aan pensioenfondsen. Hun aanspraken zullen minder of niet geïndexeerd kunnen worden of moeten zelfs gekort, afhankelijk van de omvang van de tekorten.

Een uitdaging voor Richard Doornbosch, de nieuwe president van de Centrale Bank van Curaçao en Sint-Maarten. Hij hoeft zich geen dag te vervelen op zijn nieuwe post.

———–

Servaas Houben werkt als senior manager in de verzekeringssector. Hij studeerde econometrie in Nederland en werkte daar de eerste 4 jaar van zijn carrière. Daarna werkte Servaas in Dublin, Londen en Curaçao. Naast actuarieel heeft Servaas de kwalificaties CFA en FRM afgerond. Servaas schrijft regelmatig voor zijn blog, CFA-samenvatting en actuariële tijdschriften en is lid van de Nederlandse Actuariële Maatschappij Enterprise Risk Management en LIfe verzekeringscommissies. 

Dr. Ronald Ketellapper studeerde econometrie in Groningen en begon zijn carrière als wetenschapper. Na zijn promotie in 1982 volgde een loopbaan in de pensioen- en verzekeringssector. Als laatste als directielid bij Guardian Group Fatum in Curaçao waar hij tot maart 2019 verantwoordelijk was voor leven-, pensioen- en ziektekostenverzekeringen. Hij is nu bestuurder van de Onderlinge van 1719, oudste onafhankelijke verzekeraar in Nederland. 


Deel dit artikel