Nieuws Curaçao

Statenlid Sheldry Osepa slaat alarm over corruptie binnen ministerie Charles Cooper

WILLEMSTAD – Statenlid Sheldry Osepa, lid van regeringspartij van de Nationale Volkspartij PNP, slaat alarm over corruptie bij het ministerie van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke planning. Hij heeft daartoe een brandbrief gestuurd naar de verantwoordelijke MFK-minister, Charles Cooper. De corruptie zou plaats vinden binnen de uitvoeringsorganisatie Openbare Werken (OW) van zijn ministerie.

In zijn brief beweert Osepa dat er zich een zeer verontrustende situatie voordoet binnen de Uitvoeringsorganisatie Openbare Werken, waarbij sprake zou zijn van wijdverspreide corruptiepraktijken. Hij wijst op een praktijk waarbij aannemers verplicht zijn om tien procent van de projectwaarde als smeergeld aan de ambtenaar te betalen om een project toegewezen te krijgen. Sommige ambtenaren zouden zelfs bedragen van 10.000 gulden of meer eisen om projecten aan aannemers te gunnen.

Volgens Osepa verdwijnt het genoemde bedrag volledig in de zak van de ambtenaar, en als aannemers niet betalen, zouden ze geen verdere opdrachten krijgen. Hij noemt deze situatie alarmerend en stelt dat Curaçao vaak grote sommen geld betaalt voor diensten die uiteindelijk nooit worden uitgevoerd.

Osepa dringt aan op een diepgaand onderzoek naar deze vermeende corruptiepraktijken, uitgevoerd door instanties als de Stichting Overheidsaccountantsbureau, Soab en de Landsrecherche. Hij roept ook op tot passende straffen voor de betrokkenen.

Het Statenlid heeft verschillende vragen gesteld aan minister Cooper, waaronder of de minister op de hoogte is van de vermeende corruptiehandelingen binnen de dienst en of hij bereid is een grondig onderzoek te starten. Hij vraagt ook hoeveel geld Curaçao verliest als gevolg van deze corruptiepraktijken.

Osepa benadrukt het belang van het aanpakken van corruptie en roept op tot actie om dit probleem te bestrijden, ondanks mogelijke weerstand.

Dit nieuws volgt op eerder onderzoek naar vermeende corruptie binnen OW, wat leidde tot huiszoekingen en toegangsontzeggingen voor enkele ambtenaren binnen de dienst. De zaak kwam aan het licht nadat aannemers hun beklag hadden gedaan over de integriteit van ambtenaren bij de toewijzing van projecten.

Deel dit artikel