Algemeen

Oud premier Maria Liberia Peters: ‘Koninkrijksstatuut is onze stok achter de deur’

Foto: Tim van Dijk

WILLEMSTAD – Het Statuut van het Koninkrijk der Nederlanden bestaat 70 jaar. Voor de eilanden in het Caribisch deel van het Koninkrijk een moment van reflectie, geen onverdeelde vreugde, schrijft dagblad Trouw. De Kustwacht in Caribisch gebied geeft een demonstratie in de Anabaai, voor het paleis van de gouverneur, die de deuren speciaal voor deze herdenkingsdag heeft opengesteld voor het publiek.

“Het is als een ouder-kindrelatie,” verzucht een vrouw in het publiek. “Curaçao moet volwassen worden, en Nederland moet beseffen dat je een kind van 70 jaar niet meer de les kunt lezen.” Deze woorden weerspiegelen een breed gedeeld sentiment op Curaçao: het verlangen naar een gelijkwaardige relatie tussen Curaçao en Nederland. Ondanks de festiviteiten en de demonstratie van de Kustwacht als symbool van samenwerking, blijft de vraag knagen hoe die samenwerking er in de toekomst uit moet zien.

In 1954 kreeg het Koninkrijk een nieuwe vorm. In de dekolonisatiegolf na de Tweede Wereldoorlog gaf Nederland kregen de eilanden overzee autonomie, vastgelegd in het Statuut. Deze regeling bepaalt hoe Nederland, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten samenwerken en verantwoordelijkheden verdelen. Het Statuut staat boven de Nederlandse grondwet en verplicht de landen tot samenwerking op rijksaangelegenheden zoals Defensie en Buitenlandse Zaken. Maar het verplicht ook om elkaar te helpen als daarom gevraagd wordt. Zo was de hulp die na orkaan Irma op Sint Maarten in 2017 op gang kwam en een half miljard euro kostte, niet persé een daad van liefdadigheid, maar een vereiste die voortvloeit uit het Statuut.

Complexe band

Maria Liberia-Peters, oud-premier van de Nederlandse Antillen en nu minister van staat van Curaçao, gaat uitvoerig in op de complexe band. Voor haar is het Statuut niet alleen een formeel document, maar een kader dat zowel kansen als beperkingen biedt voor de eilanden. Liberia-Peters kijkt kritisch naar de verhouding binnen het Koninkrijk.

“De relevantie van het Statuut voor Nederlanders wordt vaak onderschat”, zegt Liberia-Peters. “Het biedt niet alleen een kader voor hulp bij rampen, maar het geeft het Koninkrijk ook een strategische positie in het Caribisch gebied, dichtbij Zuid- en Noord-Amerika, en dit biedt geopolitieke voordelen. Door de eilanden Saba, Sint-Eustatius en Bonaire, die sinds 2010 bijzondere gemeenten van Nederland zijn, beschikt Nederland over buitengrenzen aan Venezuela en Amerika door uitgebreide maritieme gebieden die van belang zijn voor defensie en economische veiligheid. De eilanden versterken het Koninkrijk dus op verschillende fronten – een feit dat zelden wordt erkend in het publieke debat, vindt de oud-premier.

“Zeker in deze onrustige wereld moeten we medeverantwoordelijkheid nemen,” zegt Liberia-Peters. “Defensie en Buitenlandse Zaken zijn óók ónze zaken, zoals in het Statuut is opgenomen. Maar wordt dat in de praktijk nog wel serieus genomen? “Belt Gilmar ‘Pik’ Pisas, onze premier, elke week met Dick Schoof? Dat zou in deze turbulente wereld eigenlijk vanzelfsprekend moeten zijn.”

Ze uit zorgen over de huidige geopolitieke situatie. “Mark Rutte heeft gezegd dat Nederland zich geestelijk moet voorbereiden op oorlog. In een wereld waar spanningen toenemen, kan het Koninkrijk zich niet veroorloven om verdeeld te zijn. De Caribische eilanden hebben strategische waarde, en die waarde moet worden erkend en gekoesterd.” De oud-premier wijst op de cruciale rol van Aruba en Curaçao in de Tweede Wereldoorlog, waar de bevrijding van Europa mogelijk werd gemaakt door raffinage van olie op de eilanden.

Ondanks haar scherpe analyse straalt Liberia-Peters hoop uit. Het Koninkrijk verlaten is weliswaar een optie, maar alleen als het volk daar weloverwogen voor kiest. “In het Statuut staat dat alle landen het ermee eens moeten zijn. Dus geen enkel land, Nederland ook niet, kan unilateraal het Statuut wijzigen.

“Een goede stok achter de deur.”

Deel dit artikel