Nieuws Curaçao

Militairen en cocaïne op Curaçao: twee handen op één buik

Militairen en cocaïne op Curaçao is twee handen op één buik
Marinebasis Parera op Curaçao

Twee keer deze week kwamen Nederlandse militairen van de landmacht negatief in het nieuws vanwege cocaïnegebruik. Eerst zeven en daarna nog eens zeven man werd door de Marechaussee buiten heterdaad betrapt. Het onderzoek naar de rest van de verdachte militairen werd gestaakt omdat het bewijs niet rond was te krijgen.

Redactioneel commentaar | Dick Drayer

Maar ook zij stonden in het klantenbestand van een 33-jarige Curaçaoënaar die drugs verkoopt op het strand van Zanzibar en Mambo, bekende uitgaansgelegenheden van Nederlanders op Curaçao.

Deze groep, die nu vrijuit gaat, lijkt exemplarisch voor de manschappen op Parera en Suffisant. Niet te na gesproken over de goeien, maar militairen en cocaïne op de Caribische eilanden lijken twee handen op één buik.

Googelen

Wie googelt op ‘Militairen’, ‘Drugs’ en ‘Curaçao’, weet dat Defensie een gigantisch probleem heeft met haar soldaten, korporaals en leidinggevende onderofficieren. Ze zijn een afspiegeling van de Nederlandse maatschappij en doen niet onder voor andere jonge Nederlanders op het eiland wat drugsgebruik betreft.

Over militairen en drugs op Curaçao | NPO Radio 1

Dat de militairen in het nieuws komen is meestal omdat het bewijs voor het oprapen ligt. Maar in veel meer gevallen moet er buiten heterdaad worden opgetreden en dan moet de zaak wel waterdicht zijn. Dat kost tijd en mankracht. Tijd en mankracht die er niet is. Wat de Marechaussee uiteindelijk aan arrestaties doet en naar buiten brengt is het topje van de spreekwoordelijke ijsberg.

Het is publiek geheim dat in hetzelfde uitgaansgebied ook andere Nederlanders op zoek zijn naar een lijntje. Voeg aan het google-vocabulair het woordje ‘stagiaires’ en een schier oneindige reeks zoekresultaten zou zich aan moeten dienen. Maar dat gebeurt dan weer niet. Alleen als er opzienbarende zaken gebeuren naast het drugsgebruik, dan komt het in de krant. Of als je naar het woordje ‘zero-tolerance‘ er bij zoekt. Het toverwoord van de Nederlandse en Curaçaose autoriteiten om eenmaal gearresteerde mensen hard aan te pakken.

Zero-tolerance

Militairen en cocaïne op Curaçao is twee handen op één buik

Reden voor de lage pakkans bij Nederlanders is de capaciteit van het Curaçaose Politiekorps KPC. De telefoon van onze 33-jarige Curaçaose vriend bevatte echt niet alleen nummers van Nederlandse militairen – die door de Marechaussee worden aangepakt. Nee, de telefoon stond vol met nummers van snuivende stagiaires en andere Nederlanders die op Curaçao wonen en wel een lijntje lusten. De KPC heeft alleen de capaciteit niet om bewijs te verzamelen en achter ze aan te gaan, zoals de Marechaussee deze keer wel deed.

Curaçao mag dan een zero-tolerancebeleid hebben op het gebied van bezit en gebruik van wat voor drugs dan ook, net als Defensie, maar de kans dat je gepakt wordt, is bijzonder klein.

Zero-tolerance is kennelijk alleen maar van toepassing na arrestatie. Pas dan treden de civiele en militaire autoriteiten streng op. Daarmee dient het beleid in werkelijkheid slechts als doekje voor het bloeden: beiden weten niet hoe het probleem echt moet worden oplost.

Blindelings

Maandag 1 november wordt de 38e rotatie uit Assen vervangen door de 39e alweer. Nieuwe jongens en meiden, van wie sommigen al een paar keer naar Curaçao zijn uitgezonden. Ook zij weten Mambo en Zanzibar waarschijnlijk blindelings te vinden, net als hun voorgangers.


Deel dit artikel