Ennia rechtszaak in hoger beroep is kwestie van lange adem
WILLEMSTAD – De hoger beroepszaak die tijdelijke bestuurders van Ennia hebben aangespannen tegen de eigenaar van het verzekeringsbedrijf Hushang Ansary, gaat lang duren voordat er een uitspraak komt.
Reden is het verzoek van de bestuurders van Ennia om naar de Hoge Raad in Nederland te stappen tegen het tussenvonnis van 12 september. Alle partijen in de zaak moeten uiterlijk 31 oktober reageren op het verzoek van Ennia. Daarna zal het een tot twee weken duren voordat het Hof van Beroep een beslissing neemt. Als het verzoek van Ennia wordt ingewilligd, moet worden gewacht op de beslissing van de Hoge Raad.
De conclusie van het tussenvonnis van 12 september was dat de rechter een expert moet aanstellen om Mullet Bay te taxeren binnen een relevante periode, evenals de formulering van de vraag die moet worden gesteld.
Afgelopen dinsdag hadden de partijen de kans om hun standpunt kenbaar te maken over het verzoek van Ennia, maar Ennia heeft gevraagd om naar de Hoge Raad te gaan met deze beslissing. Het vervolg van de behandeling afgelopen dinsdag is nu gepland 21 november.
De waarde van Mullet Bay is essentieel voor het eindvonnis van het Hof van Beroep, zo werd duidelijk in het tussenvonnis van 12 september. De rechter wil een ware taxatie van het stuk grond door een taxateur die beide partijen zien zitten.
Mullet Bay is een perceel grond op Sint-Maarten, dat door destijds is opgenomen in de jaarrekeningen van Ennia voor zeer hoge bedragen. De partijen zijn in geschil over de werkelijke waarde van Mullet Bay. Het Hof vindt dat in de jaren waarin de dividendbetalingen die Ennia noemt, Mullet Bay onjuist is opgenomen in de jaarrekeningen voor een waarde die is afgeleid van te beperkte taxaties van een taxateur.