De Curaçaose ochtendkranten van donderdag 15 februari 2024
Extra: Chaos op TUI-vlucht: Lid van No Limit Soldiers veroorzaakt terreur
Een vermoedelijk lid van de No Limit Soldiers heeft gisteren terreur veroorzaakt aan boord van een TUI-vlucht van Nederland naar Curaçao. De man uit Curaçao zorgde voor twee uur van angst door de bemanning te bedreigen, alle Nederlanders aan boord te beledigen, ongepast gedrag te vertonen tegenover stewardessen, en door te claimen dat hij een gevaarlijke gangster was. De situatie escaleerde zodanig dat de vlucht moest uitwijken naar de Azoren, waar de man door antiterreureenheid van de politie werd gearresteerd. Daarnaast moest nog een andere passagier het vliegtuig verlaten wegens ongepast gedrag. Na een vertraging van drie uur vervolgde het vliegtuig zijn reis naar Curaçao, waar het veilig aankwam.
Antilliaans Dagblad: Eerste strafzaak tegen ondernemer voor niet doen van belastingaangifte
Voor het eerst heeft het Openbaar Ministerie (OM) op Curaçao een ondernemer strafrechtelijk vervolgd voor het niet nakomen van zijn belastingaangifteverplichtingen. Hoewel het OM in deze zaak nog relatief mild was met de strafeis, is duidelijk gemaakt dat belastingplichtigen die hun aangifteverplichtingen niet nakomen na meerdere waarschuwingen, in de toekomst strafrechtelijk vervolgd zullen worden. Dit nieuwe beleid, gericht op directe strafvervolging, is bedoeld om een preventieve werking uit te oefenen en belastingplichtigen aan te moedigen hun aangifteverplichtingen te vervullen.
De zaak draait om bestuurder D. van een lokale vennootschap, die over de jaren 2018 tot en met 2021 geen winstbelastingaangifte heeft gedaan voor het bedrijf. Het OM eiste een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf van twee maanden met een proeftijd van drie jaar.
D. moet binnen drie maanden alle openstaande aangiftes indienen en voor de komende drie jaar tijdig aangifte doen van winstbelasting, omzetbelasting, loonbelasting en sociale premies, en deze ook betalen. Indien D. zich niet aan deze voorwaarden houdt, zal alsnog de gevangenisstraf van twee maanden moeten worden uitgezeten.
Het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao heeft de eis van het OM gevolgd en D. veroordeeld. Zowel D. als het OM hebben afgezien van het recht om in hoger beroep te gaan, waardoor de uitspraak definitief is.
Deze eerste zaak, berecht op vrijdag 9 februari 2024, markeert de uitvoering van het onlangs aangekondigde beleid door de Sector Fiscale Zaken van het ministerie van Financiën. Dit beleid is gericht op het strafrechtelijk vervolgen van belastingplichtigen die hun aangifteverplichtingen niet nakomen.
Volgens het OM voldoet slechts 55 procent van de belastingplichtigen aan de aangifteverplichtingen voor winstbelasting, wat als een te laag percentage wordt beschouwd. Ook de naleving van verplichtingen voor loonbelasting, omzetbelasting en inkomstenbelasting laat te wensen over, wat heeft geleid tot een ‘compliance plan’.
Het OM benadrukte in zijn requisitoir dat het niet betalen van belasting al jaren een groot probleem is op het eiland. Met de komst van de huidige minister van Financiën is er veel aandacht voor het innen van belastingen en het verbeteren van het gehele proces bij de Belastingdienst.
De Stichting Belastingaccountantsbureau (SBAB), de Inspectie der Belastingen en het Openbaar Ministerie hebben direct uitvoering gegeven aan het nieuwe beleid: onmiddellijke strafvervolging voor degenen die hun aangifteverplichtingen niet nakomen.
Extra: Curaçao moet grote cruiseschepen kunnen accommoderen tegen 2027
De cruisetoerisme sector op Curaçao staat voor twee grote uitdagingen in de nabije toekomst. Door de evoluerende marktsituatie moet het eiland klaar zijn om snel in te spelen op ontwikkelingen en veranderingen.
Daarnaast moet de liquiditeitsbehoefte, die bedrijven nodig hadden om te overleven in een productiearme omgeving, worden teruggedrongen. Dit staat in het Strategisch Plan voor Toeristische Bestemming Curaçao, in het hoofdstuk over cruisetoerisme. De cruise-industrie blijft significant belemmerd in het verlenen van diensten na de gedwongen pauze door COVID-19.
Berichten binnen de cruise-industrie wijzen erop dat er tegen 2027 maar liefst 105 nieuwe schepen geïntroduceerd zullen worden. Om ruimte te maken voor deze nieuwe schepen, hebben sommige bedrijven die hun operaties in 2020 hadden gestopt, capaciteit achtergehouden. Dit gebeurde terwijl grote lijnen zoals Carnival Corporation en Royal Caribbean Group hun capaciteit moderniseerden door oude schepen te verkopen of uit de vaart te nemen.
Projecties van de cruise-industrie suggereren dat er tegen 2027 een jaarlijkse passagierscapaciteit van meer dan 40 miljoen nodig zal zijn, vergeleken met de 28 miljoen in 2019. Hoewel de beschikbare capaciteit in 2020 op 29,5 miljoen werd geschat, vervoerden de schepen slechts een fractie daarvan toen de industrie in maart op slot ging.
Als de industrie weer volledig operationeel wordt, wordt verwacht dat de passagierscapaciteit stijgt naar 32 miljoen en zelfs kan oplopen tot 34 miljoen. Veel zal echter afhangen van de landen die hun grenzen weer openen en van de vraag in economieën die zwaar getroffen zijn door COVID-19.
Curaçao lijkt echter op de goede weg, aangezien het eiland vorig jaar het verwachte aantal toeristen heeft overtroffen. Curaçao beschikt over alle kenmerken om een top cruisetourisme bestemming te zijn, waarbij positieve reacties van bezoekers cruciaal zijn om de bedrijven te motiveren Curaçao in hun reisschema’s te houden. Tijdens een persbijeenkomst aan het einde van vorig jaar werd een ontwerp gepresenteerd voor veranderingen aan de Megapier terminal bij Rif, om de ervaring voor toeristen te verbeteren.
Antilliaans Dagblad: Dreigend tekort aan zorgprofessionals in Caribisch Deel van het Koninkrijk
Een toenemend tekort aan zorgprofessionals baart zorgen in het Caribisch deel van het Koninkrijk, aldus de Nederlandse demissionair minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW), Robbert Dijkgraaf (D66).
In een begeleidende brief bij de ‘Rapportage verkenning problematiek zorgopleidingen hbo/wo voor Caribische studenten’, die hij onlangs aan de Tweede Kamer heeft voorgelegd, benadrukt hij de moeilijke werving en selectie van lokaal gekwalificeerd personeel vanwege beperkte opleidingsmogelijkheden in de regio. Caribische studenten die een zorgopleiding op hoger onderwijsniveau ambiëren, zijn voornamelijk aangewezen op opleidingen in Europees Nederland.
De kwestie is meerdere keren aan de orde gesteld door de ministers van Onderwijs en Volksgezondheid van de Caribische landen en door het Bestuurscollege van Bonaire, vooral met betrekking tot de instroom van studenten in zorgopleidingen in Europees Nederland en hun terugkeer naar de Caribische regio.
Het rapport onderzoekt de toegang tot studies zoals geneeskunde, tandheelkunde, farmacie, biomedische wetenschappen, verloskunde en fysiotherapie, en identificeert mogelijke knelpunten vergelijkbaar met die in de geneeskunde.
Uit het rapport blijkt dat sinds 2018 het percentage Caribische studenten dat wordt toegelaten tot bepaalde zorgopleidingen daalt. Bovendien is het slagingspercentage voor het behalen van een bachelordiploma in geneeskunde onder Caribische studenten lager dan het gemiddelde.
Dit patroon is ook zichtbaar bij studies als farmacie en fysiotherapie. Dit zou kunnen duiden op de invoering van decentrale selectie als een barrière voor toegang tot studies met een numerus fixus, een belangrijk punt dat uit de interviews naar voren komt.
Minder dan de helft van de Caribische studenten keert direct na hun studie terug naar de Caribische eilanden, en ongeveer een kwart keert terug na een specialisatie. Veranderingen in instroom, doorstroom en terugkeer, evenals (dreigende) tekorten aan zorgpersoneel op de Caribische eilanden, zijn cijfermatig niet vast te stellen op basis van de beschikbare gegevens.
Interviews geven echter een kwalitatief beeld van obstakels, overwegingen, ervaren tekorten en behoeften, inclusief het perspectief van zorgaanbieders in het Caribisch deel van het Koninkrijk.
Obstakels die de kans op het succesvol afronden van een zorgopleiding en/of terugkeer naar de Caribische eilanden beïnvloeden, zijn onder andere gerelateerd aan zorgen over de kwaliteit van het basisonderwijs, beheersing van de Nederlandse taal en armoede.
De redenen om niet terug te keren naar de eilanden na een opleiding zijn voornamelijk financieel en gerelateerd aan carrièremogelijkheden, die in Europees Nederland als beter worden beschouwd. De aansluiting op de praktijk door degenen die wel terugkeren en door de zorgaanbieders wordt over het algemeen als goed ervaren, ondanks enkele aandachtspunten zoals onbekendheid met taal, cultuur en werkomstandigheden. Er is een algemeen erkend personeelstekort, hoewel systematisch opgebouwde gegevens ontbreken.
Het onderzoek, uitgevoerd door een consortium van ResearchNed, KBA Nijmegen en het Kohnstamm Instituut, legt de nadruk op de noodzaak voor gerichte actie om de toegang tot zorgopleidingen voor Caribische studenten te verbeteren en hun terugkeer naar de regio te bevorderen.
Antilliaans Dagblad: Olie Bullenbaai verdwenen?
Het Antilliaans Dagblad meldde gisteren nog dat, met het wederom door Curaçao Refinery Utilities (CRU) annuleren van de veiling van de bijna 500.000 vaten fuel oil, de ‘Bullenbaai-soap’ maar doorgaat.
Een dag later zijn er alweer nieuwe ontwikkelingen.
Hoewel niet officieel bevestigd, zou volgens de Facebook-pagina ‘Kon Kos Ta Nobo’ de olie – terwijl het hele land carnaval vierde – verdwenen zijn. En olie die er niet (meer) is, kan ook niet geveild worden.
Toeval of niet; tussen 8 februari 20:42 uur (UTC) en 9 februari 22:59 uur (UTC) lag er een olietanker aangemeerd in de Bullenbaai. Het gaat om de onder Hongkongse vlag varende Seasenator.
Dit blijkt uit informatie op de website Vesselfinder.com, waarop onder meer de actuele en historische locatie van schepen te raadplegen is.
Op diezelfde website is te zien dat de tanker, die ruim een etmaal in de Bullenbaai lag, koers zet naar Limetree Bay, op de Amerikaanse Maagdeneilanden. Op deze locatie ligt tevens de op dit moment gesloten raffinaderij ‘Limetree Bay Refinery’ – voorheen bekend als ‘Hovensa’ – die ooit een joint venture was tussen Hess Corporation en de Venezolaanse aardoliemaatschappij Petróleos de Venezuela, S.A. (PdVSA), die tot en met 2019 de Isla-raffinaderij op Curaçao exploiteerde.
Tot op heden hebben zowel Patrick Newton, directeur van CRU en moederbedrijf Refineria di Kòrsou (RdK), als Myron Wever, de directeur van Wevco, de scheepsagent van de Seasenator, niet gereageerd op vragen van deze krant.
Extra heeft iets meer details:
Er zou sprake zijn van een succesvolle onderhandse verkoop. De koper van de olie is officieel niet bekendgemaakt, maar geruchten wijzen naar zowel Lead World Group, die beweert eigenaar van het product te zijn, als Global Oil, die een contract heeft met Refineria di Kòrsou, RdK voor de productie van asfalt. Er zou ongeveer 10 miljoen dollar betaald zijn.