Nieuws Curaçao

Tula krijgt Nederlands eerherstel op 3 oktober in Curaçao

Alexandra van Huffelen op 19 december in Curaçao tijdens de uitgesproken excuses

WILLEMSTAD – Op maandag 19 december 2022, de dag waarop premier Mark Rutte namens de Nederlandse regering excuses aanbood voor de rol van het landsbestuur in het koloniale slavernijverleden, kondigde staatssecretaris Alexandra van Huffelen in een toespraak op Curaçao de formele rehabilitatie van Tula aan. Dat gaat gebeuren op 3 oktober dir jaar, de dag dat Tula in 1795 werd geëxecuteerd door het Nederlands koloniaal bewind.

Maar een adequaat eerherstel vereist erkenning dat het koloniale rechtssysteem, dat de slavernij in stand hield, racistisch en crimineel was, betoogt Wouter Veraart, hoogleraar rechts-filosofie aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Hij hield daarover een lezing in Willemstad op verzoek van de Nationale Commissie voor de Herdenking van 160 jaar afschaffing van de slavernij.

Deze belangrijke stap is nog niet gezet door de Nederlandse regering. Hoewel Rutte slavernij erkende en veroordeelde als een misdaad tegen de menselijkheid, heeft hij niet verklaard dat het koloniale slavernijsysteem zelf misdadig was naar de normen van die tijd.

Scene uit de speelfim ‘Tula the Revolt’

Mandela

Volgens Veraart is Tula’s gewapende strijd tegen een onmenselijk en racistisch rechtssysteem te vergelijken met de strijd die Nelson Mandela en anderen in de vorige eeuw tegen het apartheidsregime in Zuid-Afrika hebben gevoerd.

In hun strafprocessen in de jaren zestig ontkenden zij hun aandeel niet, maar rechtvaardigden zij juist hun handelwijze. Zo verklaarde de Afrikaner Bram Fischer, die een medestrijder van Mandela was, tijdens zijn proces in 1966: „Als ik vandaag om vergiffenis zou vragen, zou ik de zaak waarvoor ik strijd verraden.”

Om dezelfde reden zal een postume vrijspraak of gratiëring van Tula niet rehabiliterend werken, maar juist afbreuk doen aan zijn rol in de opstand van 1795.

Andere wijze

Het zou zijn strijd bagatelliseren en zijn historische betekenis verminderen. Een formele rehabilitatie van Tula, waardoor hij niet langer als crimineel maar als vrijheidsstrijder te boek staat, zal op een andere wijze moeten plaatsvinden die zijn strijd wel volledig rechtdoet, aldus Veraart.

Om Tula passend eerherstel te geven is het nodig om volmondig te erkennen dat het koloniale rechtssysteem dat de slavernij in stand hield, legaliseerde en mogelijk maakte, een racistisch, misdadig systeem is geweest, niet alleen naar de juridische en morele maatstaven van vandaag, maar ook al naar de maatstaven van 1795, het jaar van de opstand.

Want alleen als de staat toegeeft dat het systeem waartegen Tula vocht zélf misdadig was, kan Tula niet langer als een crimineel worden beschouwd, maar als iemand die zich terecht tegen een op onrecht gebaseerd systeem teweerstelde: een voorbeeld voor iedereen die waarde hecht aan vrijheid en gelijkheid.

Gouverneursscene uit de film ‘Tula the Revolt’

Haïti

De slavenopstand in Curaçao in 1795 kwam niet uit de lucht vallen. De Franse Revolutie had in 1789 met zijn idealen van vrijheid, gelijkheid en broederschap de discussies over afschaffing van de koloniale slavernij hoog op de politieke agenda’s gebracht.

In de Franse kolonie Saint-Domingue, het huidige Haïti, brak in 1791 een slavenopstand uit die uiteindelijk succesvol zou blijken. In 1794 schafte het revolutionaire Frankrijk de slavernij in de Franse koloniën af.

In 1795 kwam Nederland onder controle van Frankrijk te staan. Tula was van deze ontwikkelingen op de hoogte. Zijn vrijheidsideaal stond in verbinding met de juridische en morele maatstaven die op dat moment de wereld over gingen en in de constituties die op dat moment werden geschreven, werden opgenomen.

In de eerste Nederlandse grondwet, de Bataafse Staatsregeling van 1798, werd in artikel 6 een belangrijk moreel principe geformuleerd dat bekend staat als de gouden regel: „Doe eenen ander niet, hetgeen gij niet wenscht dat aan u geschiede. Doe aan anderen, ten allen tijde, zoo veel goeds, als gij in gelijke omstandigheden, van hun zoudt wenschen te ontvangen.

Er werd geen bepaling over de afschaffing van de slavernij opgenomen. Hoewel de opstellers begrepen dat slavernij lijnrecht in strijd was met de geproclameerde vrijheden en rechtsgelijkheid, besloot men om zelfzuchtige, economische redenen over de slavernij in de koloniën te zwijgen. Dat men daarmee de eigen gouden regel schond, werd op de koop toe genomen.

In 1801 werd in Haïti een grondwet uitgevaardigd waarin artikel 3 de afschaffing van slavernij en vrijheid rechtstreeks met elkaar verbond: „Er kunnen geen slaven bestaan op dit grondgebied, dienstbaarheid is daarin voor altijd afgeschaft. Alle mensen worden geboren, leven en sterven vrij en Frans.”

In dit licht zou het passend zijn als de Koning op zaterdag 1 juli 2023 bij de Nationale Herdenking van het Slavernijverleden zou verklaren dat de koloniale slavernij ook naar de beste juridische en morele maatstaven van 1795 een misdaad tegen de menselijkheid is geweest.

Een schending van de hoogste constitutionele waarden die op dat moment wereldwijd rondzongen: de vrijheid en rechtsgelijkheid die ieders mogelijkheid om mens te zijn zozeer bepalen. Tula zou op deze wijze zijn gerehabiliteerd, zoals het Nederlandse kabinet beloofde op maandag 19 december 2022.

Monument Tula in het Vrijheidspark in Willemstad

Herdenkingsperiode

De herdenkingsperiode om stil te staan bij het Nederlandse slavernijverleden zal langer duren dan een jaar, zegt ondertussen verantwoordelijk minister Robbert Dijkgraaf.

De subsidie voor het Herdenkingsjaar Slavernijverleden wordt daarnaast verhoogd met 4 miljoen euro tot een totaal van 12 miljoen euro.

Bij een symposium over de herdenkingsperiode noemde de bewindsman dit in een speech “pijnlijk” en “helemaal geen feestje”. Daarmee refereerde Dijkgraaf aan een gesprek dat hij had met een vrouw op Sint Maarten. Die stelde sarcastisch de vraag: “Leuk zeg, dat jullie een feestje gaan vieren! Mag ik ook komen?” De minister neemt dit signaal serieus en wil dat iedereen die verbonden is met deze geschiedenis zich welkom voelt om mee te doen.

“We zijn aan iets begonnen dat we lang niet aandurfden”, zegt Dijkgraaf. “We kijken de pijn van het verleden in het gezicht.”

Op 1 juli gaat het herdenkingsjaar officieel van start. Dan wordt herdacht dat 150 jaar geleden feitelijk een einde kwam aan slavernij onder Nederlands bewind. Koning Willem-Alexander zal dan een toespraak houden bij een herdenking van dit verleden in het Oosterpark in Amsterdam. Het is de verwachting dat de koning de excuses die premier Mark Rutte vorig jaar uitsprak, zal herhalen. Maar hij zal daarbij verder moeten gaan en ook de rol van de koloniale staat als misdadig moeten bestempelen.

Deel dit artikel