Willem-Alexander vraagt geduld voor onderzoek slavernijverleden
ROTTERDAM – Koning Willem-Alexander heeft ‘even geduld’ gevraagd zodat een onafhankelijk onderzoek kan plaatsvinden naar de rol van het koninklijk huis in de koloniale geschiedenis. Dat deed de koning tijdens zijn bezoek op Koningsdag in gesprek met enkele Rotterdammers onder wie zangeres Natascha Slagtand.
De koning gaf eind vorig jaar opdracht voor een onafhankelijk onderzoek naar de rol van het koninklijk huis in de koloniale geschiedenis. Het onderzoek neemt drie jaar in beslag en wordt uitgevoerd door de Universiteit Leiden, meldde de RVD in december.
De koning ging donderdag op het Afrikaanderplein met Slagtand en een aantal anderen in gesprek over dit onderwerp. Slagtand noemde de excuses voor het slavernijverleden die de regering eind december aanbood van ‘ongelofelijk belang’ en een ‘mooie stap’.
Volgens haar wordt erg naar de koning gekeken op 1 juli of hij ook met excuses komt. Op die dag wordt met Keti Koti de afschaffing van de slavernij herdacht en gevierd.
De koning antwoordde dat we ‘niet precies’ weten wat er is gebeurd. Daarom vind hij een onderzoek belangrijk. Hij vroeg geduld te hebben om het onderzoek af te wachten. “Laat het juiste onderzoek gebeuren, dan kunnen we verder.”
Hij vervolgde er ‘geen probleem”‘ mee te hebben dat het onderzoek gebeurt. “Aan mij kleeft niks”, sprak hij, “maar wel aan de historie”. De koning wil zich niet bemoeien met het onafhankelijke onderzoek. “Zeker als je jezelf laat onderzoeken, moet je daar zover mogelijk van wegblijven, om het zo objectief mogelijk te laten zijn.”
Willem-Alexander zei dat de gevolgen van het slavernijverleden zichtbaar zijn in de maatschappij. Hij benoemde het belang van het aanpakken van kansongelijkheid. “Mijn punt is altijd, als je kansongelijkheid en discriminatie vandaag niet oplost, dan kun je ook niet in het reine komen met het verleden.”
In zijn kerstrede zei Willem-Alexander: “Het afgelopen jaar hebben mijn vrouw en ik met mensen van alle leeftijden over dit onderwerp gesproken, onder wie nazaten van mensen die een aantal generaties terug leefden in slavernij. In het komende herdenkingsjaar zal dit onze aandacht houden. Wij blijven betrokken.”